Levenswijs

“Vaak knikkende knieën gehad.”

Nicole was veertig jaar lang vroedvrouw.

Nicole
Luister naar het unieke verhaal van Nicole

De twee zekerheden van een mensenleven zijn dat je geboren wordt en op een bepaald moment sterft. Dat laatste willen we zo laat en in zo best mogelijke omstandigheden. Het eerste is sowieso steeds weer iets wonderlijks, als het tenminste niet fout gaat. Wist je dat er in 2020, 62.798 geboortes waren: 31.970 jongens en 30.828 meisjes. Het zijn vroedvrouwen -in Nederland noemen ze het verloskundigen- die de mama’s begeleiden bij de bevalling. Ze zijn iets van alle tijden. In de bijbel is er al sprake van hen. Van de Griekse dokter Hippocrates is geweten dat hij vroedvrouwen opleidde. Pas in de middeleeuwen kregen ze een officieel karakter. Ook nu in tijden van pijnloos bevallen en echografieën spelen ze nog steeds een superbelangrijke rol. Ze zijn naast de gynaecoloog onmisbaar en niet weg te cijferen.

Een vroedvrouw is steeds de rots in de branding.

Het unieke verhaal van Nicole

Nicole is net 70 jaar geworden. Ze woont met haar man René, een oud-onderwijzer van een graadklas in Mortsel. Ze hebben een mooie etagewoning in de rij. De tram naar Antwerpen passeert voor de deur. Vanuit de keuken kijk je neer op de mooie tuin. De herfst zit erin, de bomen hebben de prachtigste kleuren. Alles rood, geel en oranje. Nog een paar dagen en de blaren zullen beginnen afvallen. De natuur sterft een beetje om dan in de lente weer te ontluiken, ook dat is het leven.

Nicole, zelf mama van een dochter en omie van twee kleinzonen, was heel haar beroepsleven vroedvrouw. Een job die ze met hart en ziel deed. Hoeveel kindjes ze op de wereld zette? Het stopt niet bij 1000, glimlacht ze. “Eenlingen, tweelingen, drielingen. Ik heb het allemaal meegemaakt. Maar wat altijd hetzelfde was: elke geboorte op zich was een wonder. Als je weet waar zo’n kindje doormoet en toch heeft het alles. Het is echt iets wonderbaarlijks,” begint haar verhaal.

Zijkant

Het wonder van het leven. Voor Nicole was het een dagelijks terugkomen. “Wat ik vooral onthoud is mijn verwondering over de lieve interactie tussen man en vrouw. Je zag de verhoudingen tussen de mensen. Negen keer op tien was hun één zijn prachtig. Ik heb heel veel mannen zien wenen van geluk. Ik zag veel emoties. Ik zag ook papa’s flauwvallen. Maar je weet ook dat niet elke bevalling goed afloopt, kindjes zijn wel eens overleden of er liep wat anders fout. Dan was het niet gemakkelijk om erbij te zijn. Ik heb veel knikkende knieën gehad, want er kan veel verkeerd lopen.”

Tijdens mijn studies zag ik de job heel romantisch.

Vaak alleen

Vroedvrouw ben je na vier jaar studeren op A1-niveau. “Tijdens mijn studies zag ik de job heel romantisch. Kindjes op de wereld zetten, joepie, maar ik ben er toch van geschrokken. Als ik er nu op terugkijk was het een job met veel stress en soms met té veel verantwoordelijkheid omdat je vaak alleen bent op de dienst. En alleen is alleen. Je kan niets delen, je kan niet samen een probleem aanpakken. Ik vond het eigenlijk niet verantwoord, maar zo ging het. Tijdens de stage was je nooit alleen, had je constant een monitrice bij je die je begeleidde. Ik denk dat ik 20, 30 bevallingen assisteerde om het te leren. Ja, dat was leuk. Ik herinner me nog een bevalling in de Jodenbuurt. Je moet weten dat Joodse vrouwen een pruik op hebben. Ik zie die tijdens de bevalling nog van links naar rechts wiebelen. Die ging alle kanten op. En ondertussen kwam het kindje ter wereld”, grapt Nicole. Ze is een vrouw met veel humor in zich.

Brussel

Nicole was heel gemotiveerd voor haar studies waardoor ze met glans slaagde. “Voor ik begon te werken ging ik eerst nog een maandje naar zee. Ik dacht dat er zoveel aanbiedingen zouden zijn dat ik me geen zorgen maakte. Komt wel in orde. Ik was zelfs bereid om in Brussel te gaan werken. Dan zou ik nog wat Frans bijleren. Maar ik werd daar niet met open armen ontvangen omdat ik steeds in het Nederlands begon en dat werd niet geapprecieerd. Mijn moeder had op dat moment kennissen in Lier, o.a. een nonneke. Laat ze maar komen, zei die, want ze kende meneer pastoor. Zo ging dat toen.

Het ziekenhuis in Lier was een enorme meevaller. De zuster die er de verantwoordelijkheid droeg was een fantastisch mens die dag en nacht werkte, een schat van een vrouw. Ik had ook supercollega’s waarmee ik nu nog steeds afspreek. Ook de gynaecoloog was een fijne man, heel capabel. Ik ben er gebleven tot mijn pensioen.”

Billen

Het regent anekdotes, de ene al grappiger dan de ander, want als vroedvrouw maak je duidelijk één en ander mee. “Ik herinner me nog dat ene koppel. Die kwamen binnen of ze naar een feest gingen. De man in kostuum en das. Ze hadden een valies mee of ze een maand op vakantie gingen. Het was hun eerste kindje. Ze wisten echt niet wat er ging gebeuren. Plots begon de pijn en kreeg ik de mevrouw niet meer rustig. De man ook niet, die hing zich ongeveer op aan zijn das. Ik belde toen hun huisdokter, want zo ging dat in die eerste periode. Ik zie die nog binnenkomen, een hoedje op, een wandelstok. Hij zou helpen, zei hij. De manier waarop vergeet ik nooit, want plots begon die te vloeken en op de billen te kletsen. Allez, een dokter die vloekt. Zoiets verwacht je natuurlijk niet. Ik heb toen gezegd dat ik het wel zelf zou oplossen”, lacht Nicole.

Namen

Wat het meest grappige is wat ze ooit heeft meegemaakt in de verloskamer? Nicole fronst de wenkbrauwen. “De geboorte van Tom en… Jerry was leuk. Namen veranderden door de tijden heen. Elke periode had zo zijn specifieke namen. Vroeger heetten veel jongens Louis, Jef en Jules, nu klinken ze exotischer hoewel men opnieuw houdt van retro. Die ene keer werd er een tweeling geboren. Eerst kwam Tom op de wereld, dan Jerry. Het deed me lachen, maar als vroedvrouw reageer je er niet op. Je bekijkt het allemaal van op de zijlijn. Eigenlijk krijg je geen band met de ouders, het gaat te snel. We kregen wel geboortekaartjes en suikerboontjes en bedankingen.”

Bevallingen zijn zoals het leven: soms super, maar ze zijn niet altijd een feest.

Schandalen

Bevallingen zijn zoals het leven: soms super, maar ze zijn niet altijd een feest. “Uiteindelijk is een bevalling fundamenteel steeds hetzelfde -een vrouw krijgt haar kindje- maar niet de situaties er omheen. Het was in die eerste periode dat ik werkte dat je hoorde getrouwd te zijn om een kindje te hebben. Of er braken schandalen los. Dat werd niet zomaar aanvaard. Ik herinner me nog dat de ambulance een jong moeder thuis ging oppikken. Een meisje waar de ouders niet eens van wisten dat ze in verwachting was. Dan heb je paniektoestanden he. Ze wisten niet wat er gebeurde. Wat was er aan de hand? Soms waren zo’n kindjes niet welkom.  In die tijd werden veel kindjes afgestaan voor adoptie.”

Bevallen in de auto

Elke job heeft zijn positieve kanten, maar ook negatieve. Nicole verteld ook over mindere ervaringen. “Ik herinner me nog die ene mevrouw die in allerijl via de spoed werd binnengebracht. Het was uiteindelijk zo dringend dat de mama niet meer naar binnen kon worden gebracht zodat ze beviel in de auto. Ik heb toen het kindje in mijn armen genomen, zo snel als ik kon, ben ik naar de couveuse gerend, terwijl de vrouw in paniek achterbleef. Waar is mijn kindje naartoe? Het zou gewoon veel leuker geweest zijn voor die mevrouw als alles normaal zou zijn gegaan. Gelukkig konden ze haar beneden verzorgen. Om maar te zeggen hoe gevaarlijk het kan zijn als je alleen op je dienst bent. Onverantwoord. En onwaarschijnlijk stresserend.  Ik heb nu nog steeds een spijtig gevoel bij die bevalling, hoewel het heel lang geleden is.”

Mongooltjes

Bij momenten zit er drama bij een geboorte. “Er komen nog steeds mongooltjes op de wereld. Niet vaak maar toch. Of kindjes die gehandicapt zijn. Tegenwoordig zijn zo’n dingen vooraf geweten en zijn er mogelijkheden. Ik vind het positief dat abortus kan bij zware afwijkingen, het is aan de papa’s en de mama’s om daarover te beslissen. Er is tegenwoordig psychologische hulp in zo’n geval. Vroeger waren de mensen niet voorbereid op zoiets. Ik heb nog meegemaakt dat er een taboe bestond rond mongooltjes. Zeg je het onmiddellijk of wacht je ermee?In die bepaalde periode vond nonkel pastoor het beter van de ouders eerst een moment van geluk te geven en het dan pas te melden. Nu is men eerlijk vooraf en word je erop voorbereid en dat is goed.”

Ik dacht echt dat ik er alles van af wist, maar het liep even anders.

Pijnstiller

Ja, Nicole is zelf ook mama. “Van een dochter. Ik dacht echt dat ik er alles van af wist, maar het liep even anders. Mijn weeën begonnen ’s nachts. Ik dacht ‘ik pak geen pijnstiller, het zal zo ook wel lukken. Ik wacht wel tot de contracties komen’, maar plots ging het allemaal erg snel. Mijn man en ik de auto in. Ik op de zetel, een grote handdoek links, een grote handdoek rechts. Op het moment dat we bij het ziekenhuis arriveerden brak mijn water. Ik had natuurlijk moeten weten dat zoiets kon gebeuren, maar ik werd er toch door verrast. Hetzelfde met de inhoud van mijn valies, ik had niet eens de tijd om alles netjes in de kast te stoppen.

Het bevallen zelf gebeurde tussen de mensen die ik goed kende: de zuster die ik graag had, de gynaecoloog waar ik mee werkte en mijn eigen collega’s. Het was zalig om mijn dochtertje onmiddellijk mee op de kamer te hebben. Mijn eigen bevalling had invloed op de manier waarop ik vanaf dan werkte. Ik gaf de mama’s veel sneller een pijnstillertje, want ik kende de pijn.”

Alleen

Het valt op dat Nicole tijdens onze babbel regelmatig herhaalt dat ze het niet fijn vond om een bevalling alleen te moeten doen. “Of de dokter was ergens in een bos aan het fietsen als hij werd opgebiept of hij was te laat omdat hij bij een spoorweg had stilgestaan. Je moest het dan zelf oplossen. Ik herinner me die ene geboorte dat het kindje op het laatste moment met een keizersnede ter wereld kwam. De kamer van de mama was op de 3de verdieping, maar voor de operatie moest ze naar beneden. Bleek dan dat het boorlingske onmiddellijk in de couveuse moest, maar die was een paar verdiepingen hoger. Ik snel snel met het kindje in een doek gewikkeld de lift in, terwijl de mama beneden ook verzorging nodig had. Als je er dan alleen voorstaat, geraak je over je toeren. Ik kon dat uiteindelijk niet meer van me afzetten. Ik nam die dingen mee naar huis, piekerde erover, sliep niet meer. Dat werd zo erg dat ik ben gestopt. Van dan af ging ik enkel helpen.” 

Evoluties

Bevallingen en gynaecologie maakten door de jaren heen een hele evolutie door. Het gebeuren op zich niet zo direct, maar de technieken en de hulpmiddelen wel. “Ik heb nog de tijd meegemaakt dat we met de traditionele darmpjes in de oren de harttonen beluisterden. Als we ze niet hoorden, was er ongerustheid. Soms herstelde het zich, soms ook niet. Ik heb veel angst gehad. Tegenwoordig heb je een monitor die alles checkt. Ik maakte ook nog de tijd mee dat we met de hand moesten voelen of er contracties waren. Nu is er veel technische controle.

De echografie is een goeie zaak. Je weet nu of het kindje goed ligt. Je ziet ook of er meer dan eentje is. Je ziet of alles normaal is, of het goed groeit, of het een jongen of meisje is. Vroeger was dat allemaal afwachten. Bij tweelingen of drielingen was dat grappig. Daar was het eerste, maar dan kwam er nog één en nog één. Men weet nu ook al vooraf of het een couveusekindje is dat op de wereld komt. Je kan veel dingen voorzien. Minder leuk is dat het een beetje van de charme van de geboorte wegneemt. Niet weten of het een jongen of een meisje is, de spanning daarrond, dat had wel iets.”

Het is een prachtig beroep, want uiteindelijk is geboren worden het mooiste wonder van ons leven.

Pijnloos

Nog zo’n belangrijke nieuwigheid is het pijnloos bevallen. “De anesthesist spuit een vocht in het ruggenmerg. Dat verlamt de zenuwen rond de buik en de baarmoeder, zodat de bevalling geen afzien meer is. Een pompje spuit regelmatig vocht bij. Gegeven is wel dat de mama’s een tijdlang hun benen niet kunnen bewegen. Maar ik sta achter die methode, hoewel ze in het begin niet op punt stond. In de eerste fase was het een gesukkel en de pijn bleef een beetje. De bevalling werd ook niet echt beleefd. Maar je kan de technologie niet tegenhouden. Feit is dat ze de verloskamer veranderde. Dat is er nu eentje met veel draden en kabels en computerkasten. Het menselijk contact werd er minder op. Je ziet de papa al eens een sigaret gaan roken, terwijl de mama’s liggen te slapen, want alles wordt toch nauwgezet in de gaten gehouden.” 

Verantwoordelijkheid

Ondertussen is Nicoles carrière afgerond, maar ze kijkt met veel genoegdoening terug. Of ze goeie raad heeft voor jonge vroedvrouwen? “Dat ze het zeker moeten doen. Ik zou zelf geen seconde twijfelen. Het is een prachtig beroep, want uiteindelijk is geboren worden het mooiste wonder van ons leven. Na meer dan 1000 kindjes denk ik nog steeds zo. Jonge mama’s, kleine kindjes, gelukkige papa’s, zalig”, besluit ze.

Beluister alle verhalen op
logo vief
logo vlaanderen